Regelmatig gaan we samen naar de sauna, mijn moeder en ik. Ik weet niet hoe het kan, maar elke keer gebeurt er iets raars. Ze staat met haar badjas nog aan voor de douchesensor, of ze praat in het zwembad onder water door, omdat ze een traptree mist, zodat ik ook bijna gereanimeerd moet worden.
Vandaag was weer zo’n dag, de meligheid zat er flink in. We besloten naar een Löyly te gaan, in de stiltesauna. De saunameester vertelde met welke geur hij zou werken: rozenwater.
‘Dit is dus Löylytje Rozenwater’, siste ik naar mijn moeder. Ze liep rood aan en probeerde haar lach weg te kuchen. Kansloos. Samen verlieten we de sauna.
Rustgevend, zo’n opgieting.