Ik kom net voor sluitingstijd een winkel binnen. Winkelmedewerker: ‘Kan ik u helpen?’ Ik: ‘Nee hoor, maar ik weet dat ik niet veel tijd meer heb.’ Iets in zijn blik doet me erachteraan roepen: ‘Om te winkelen. In het leven weet ik het nog niet.’
Ik kom net voor sluitingstijd een winkel binnen. Winkelmedewerker: ‘Kan ik u helpen?’ Ik: ‘Nee hoor, maar ik weet dat ik niet veel tijd meer heb.’ Iets in zijn blik doet me erachteraan roepen: ‘Om te winkelen. In het leven weet ik het nog niet.’