Mijn ikje kan niet praten. Haar hoofdje moet nog groeien. Haar vocabulaire gaat nog bloeien. Nu vormen de klanken geen geheel. Ze komen uit haar deel voor deel. Haar handen en haar blikken. Haar kleine kin kan knikken. Toch weet iedereen wat ze zegt. Zonder duidelijk geluid. Klinkt ze toch verrassend luid.