Ik zie hem naar me kijken en merk dat hij iets wil zeggen maar nerveus is.
Als de vrouw in het wit opstaat en wegloopt zie ik een glimlach op zijn gezicht.
Hij leunt wat dichter naar mij toe.
‘Weet je dat je heel erg op mijn vrouw lijkt, zij is ook een mooie vrouw.’
Ik zie een twinkel in zijn ogen als hij het raam uit kijkt.
‘We gaan vaak picknicken met z'n tweetjes, maar niet vandaag.’
Ik bedank hem voor het compliment en maak mij klaar om ook op te staan en weg te gaan.
‘Hey ik zou het fijn vinden u hier vaker te zien.’
Ik draai mij om, en glimlach.
‘Ja pap, ik ook.’