Het was de laatste minuut van de wedstrijd. De stand: 1-1. We zaten er allemaal doorheen, maar ik voelde nog net dat beetje extra energie. De bal kwam hoog aangespeeld, perfect voor mijn hoofd. Dit was mijn moment. Ik sprong omhoog, perfect timing, en met een krachtige kopbal stuurde ik de bal richting het doel. Alles leek in slow motion. De bal zeilde schitterend door de lucht, en met een prachtige boog verdween hij in de bovenhoek.
Mijn teamgenoten keken verbijsterd toe, de tegenstanders stil. ‘Wat een doelpunt!’ dacht ik, trots op mijn prestatie. Toen hoorde ik plots het gefluister en zag de scheids wijzen.
Het was alleen... ons eigen doel.