Er rent een sneeuwwitte, doorweekte herder naar binnen over het hypersensible, duurzaam geoliede parket van mijn moeders woning. De makelaar ziet mijn bezorgde blik en trekt de balkondeur open, waarop de hond meteen vrolijk de waterplassen daar instapt. Het is een zij, met als naam een soort kruising tussen Cinderella en Esmeralda. Als ik de router die op de grond staat aan de praat probeer te krijgen, voel ik haar vochtige snuit op mijn gezicht en zie een doorweekt pootje naast me. ‘Ze heeft dorst, denk ik’, zegt de makelaar verontschuldigend. ‘Heb je misschien een bak met water voor haar?’