De spiegel toont me dat mijn pony bijna bij de rest van mijn haar gegroeid is. Een vreemd gezicht kijkt me aan.
Hi mam, daar ben ik weer.
Je ogen gesloten, handen langs je lijf. Ik laat me in de stoel zakken en sluit mijn ogen. Soms zit je in de hoek van de kamer, soms zweef je door de lucht als een engeltje, maar vandaag zit je alleen in mijn hoofd. Daar kruip ik tegen je aan, praten we, troost je me.
Ik strijk door mijn haar, glimlach.
Bedankt. Ja, ik denk dat ik het maar zo hou.