Elke ochtend: hij staat al klaar. Daar komt die ander, met het hele gezin; vrouw en kinderen. Dan begint het, met borst opzetten, een priemende blik, een hoop drukte en herrie. Over en weer. Nét geen fysiek geweld. Vrouw en kinderen haasten zich voorbij, het lukt ze niet om het te negeren.
De rust keert weer terug. Maar je weet, morgen komen ze er weer langs.
De rust keert weer terug. Maar je weet, morgen komen ze er weer langs.
Ik moet erom lachen. Wat een drukte in zo'n klein slootje. Zal het volgend jaar weer zo gaan met vader meerkoet en vader waterkip?