Ik mis mijn hond, ze heette Cory. Elke dag maakte ze me vrolijk met dat hele lichaam dat schudde van blijdschap als ze me zag. Zo blij, dat stak mij aan, elke dag lachte ik om haar.
Ik had kunnen weten dat ze een gapend gat vulde. Nu is ze niet meer bij mij.
Ik loop weer door hetzelfde bosje en denk aan haar en ik doe een ontdekking over dat gapende gat.
Bij wijze van gedachten experiment doe ik net alsof ze weer naast me huppelt.
Doen alsof, als een kleuter. Het lukt! Ik lach om haar dolle enthousiasme, haar bokkensprongen, haar blijheid.
Ik denk dat het gapende gat dicht is want het lukt.
Ik kan het zelf.