Vorige week liep ik met een volle boodschappentas in mijn ene hand en mijn telefoon in de andere. Multitasken, dacht ik, totdat de tas scheurde. Blikken tomaten en appels rolden over de stoep. Terwijl ik bukkend de schade probeerde op te pakken, hoorde ik een harde knal achter me. Mijn fiets, die ik slordig had geparkeerd, viel keihard om.
De buurman, die altijd alles lijkt te zien, keek even op van zijn krant en zei: ‘Beetje pechdag, hè?’ Ik knikte en lachte, van binnen had ik liever dat niemand het had gezien.