In de zomervakantie maakte ik met mijn gezin (vrouw en vier kinderen) een fietstocht door een prachtig weidegebied in Nederland. Smalle fietspaden en aan beide kanten water. Veel water. Ik had mijn kinderen op het hart gedrukt om zonodig achter elkaar te fietsen en goed rechts te houden. Dat deden ze steeds prima. Een groepje druk kletsende en ons tegemoetkomende Duitsers deed dat niet. Er werd geroepen, fietsbellen rinkelden en met veel kunst en vliegwerk lukte het om elkaar zonder ongelukken te passeren. Ik haalde opgelucht adem. Toen klonk het ineens:‘'Hilfe, Hilfe!’, gevolgd door een enorme plons. Ik reed achteraan en dus hebben mijn kinderen het niet gezien, maar met een enorme grijns op mijn gezicht reed ik verder.