Ik ontmoette Carlos toen hij al jaren vrij was. Hij vertelde me over activisme, martelingen en zijn tijd in een kamp van politieke vluchtelingen. Carlos vond het er fijn maar er werd wel vaak zelfmoord gepleegd. Mensen kregen er zelfs bijnamen om. Zo was er iemand die ‘Cakehoofd’ werd genoemd omdat hij zelfmoord had geprobeerd te plegen door zijn hoofd in de oven te steken. Een ander werd ‘Condor’ genoemd omdat hij een sprong van een flatgebouw had overleefd.
De meest heftige bijnaam vond Carlos ‘Kontpens’. Toen ik hem vroeg wat de reden voor die bijnaam was, zei hij, nog steeds verontwaardigd: ‘hij was inderdaad behoorlijk gezet, maar dat ga je er toch niet nog eens inwrijven?’