Ik concludeer dat mijn collega toe is aan vakantie als ik dit gesprekje tussen haar en een klant opvang:
Klant: ‘Do you have English literature?’
Collega: ‘Yes, there are the Romans.’
Ik concludeer dat mijn collega toe is aan vakantie als ik dit gesprekje tussen haar en een klant opvang:
Klant: ‘Do you have English literature?’
Collega: ‘Yes, there are the Romans.’