Door een val komt mijn vijfennegentigjarige moeder in een revalidatiecentrum terecht. Ze vindt het moeilijk haar zelfstandigheid op te geven, maar douchen en haar voeten verzorgen kan ze absoluut niet meer zonder hulp. Zoals meer mensen van haar generatie wantrouwt zij buitenlanders. Mijn broer en ik plagen haar door te zeggen:
‘Straks word je gewassen door een lieve donkere verpleger.’
Dat blijkt niet het geval. We maken een afspraak voor een pedicure die bij haar langskomt. Wat tovert een glimlach om onze lippen? Haar behandelaar is een stevige Creoolse dame met kort roodgeverfd haar die prima werk levert. Mijn broer maakt een filmje. Daarop zit mijn moeder met uitgestrekt been puffend tegenover haar.